Wanneer je naar de winkel of de markt gaat, zie je wel eens producten die zijn voorzien van een label. Wat zijn die labels, wat betekenen ze en hoe onderscheiden ze zich van elkaar? Dat is de vraag voor vandaag. Aangezien Frankrijk nogal label-minded is, richt ik mij in dit artikel vooral op de labels die in Frankrijk worden gebruikt, doch, veel van die labels kan je ook tegenkomen in de rest van Europa omdat er EU regelgeving is.
Laten we beginnen met het AOC label. Dat staat voor “Appelation d’Origine Controlée”. Het is een zuiver Frans label dat al heel lang bestaat. De oorsprong ligt in de wijnproductie. Vanaf 1923 ontwikkelde Baron Le Roy de Boiseaumarié – jurist en wijnproducent – een systeem om de reputatie van de kwaliteitswijnen van de regio Châteauneuf-du-Pape te beschermen tegen namaak. Behalve een geografische afscherming stelde hij ook regels op voor het gebruik van druivensoorten, bodemgesteldheid, het al dan niet gebruiken van houten vaten om de wijn te laten gisten, enz., zeg maar een handleiding met te volgen regels voor de wijnboer van kwaliteitswijnen.
In 1935 werd het Comité National des Appelations d’Origine opgericht om het werk van de Baron ook voor andere wijnstreken toepaselijk te maken. Later werd dit het Institut National de l’Origine et de la Qualité (INAO) welke nog steeds de labels beheert, toewijst en controleert.
Langzaamaan waren er andere producten die ook wel een label wensten. In 1956 ontving de Cantal kaas uit de regio Auvergne-Rhône-Alpes als eerste kaas het AOC label. Tegenwoordig hebben bepaalde olijven, olijfolie, noten, honing en andere producten een AOC label ontvangen.
In 1992 heeft de Europese Unie het AOP label (Appelation d’Origine Protégée) ingevoerd. Eigenlijk was dit hetzelfde als het Franse AOC label, doch nu goldt het wel voor alle landen van de EU. AOP wordt ook wel als ‘beschermde oorsprongsbenaming’ benoemd. De opgelegde eisen om te voldoen aan de geografische herkomst en het kwaliteitsniveau zijn zeer streng. Voor producten betekent dat ondermeer dat de grondstoffen (druiven, melk, …) uit een vastgelegde regio moeten komen, maar dat ook de productie, de bewaring en het verpakken in die regio moet gebeuren. Een voorbeeld is de Chaource kaas.
Het IGP label (Indication Géographique Protégée) is ook een EU label. In vergelijking met AOC en AOP zijn de eisen hier minder streng. Er wordt bepaald dat de kwaliteit en de reputatie van een product verbonden is met een bepaalde plaats of regio. De productie en de verwerking van het product dient in die regio te gebeuren. De producent mag echter gebruikmaken van grondstoffen die niet uit die regio komen. In principe zou je dus een kaas kunnen maken in een bepaalde regio die melk gebruikt van buiten die regio.
Het STG label (Spécialité Traditionelle Garantie) identificeert producten met een traditioneel karakter. Dat kan te maken hebben met de samenstelling van het product, of de wijze waarop het is gemaakt. Dit label zie je weinig in Frankrijk, maar meer in Noordelijker gelegen Europese landen. Voorbeelden zijn ondermeer het Belgische Kriek bier en de Hollandse maatjesharing.
Label Rouge is dan weer een Frans keurmerk dat in 1960 in het leven geroepen is om de kwaliteit van het pluimvee te beschermen. Kippenboeren wilden langzaam groeiende kippenrassen behouden. De kippen mogen pas geslacht worden vanaf 81 dagen. De stallingen, de uitloop en de voeding moeten voldoen aan verschillende eisen. Ook ander pluimvee zoals kapoen, kwartels, parelhoen en eend kunnen dit label bekomen, mits ze voldoen aan de door het INAO gestelde eisenpakket.
Ook de bio landbouwproducten kregen een label. Frankrijk gebruikt zijn eigen AB label (Agriculture Biologique) wat echter helemaal overeenkomt met het Europese Bio label. Het laatste logo staat ook bekend onder de naam ‘Euro Leaf’. Biologisch gekweekte producten dienen uiteraard aan een strenge eisenbundel te voldoen. In principe is een product 100% biologisch. Een prei kan je niet voor 50% biologisch kweken. Samengestelde producten kunnen ook biologisch zijn wanneer minimaal 95% van de gebruikte grondstoffen biologisch gekweekt zijn. In Frankrijk kom je het Bio label vaak tegen op overdekte markten, zoals op deze broden in de markt van Wazemmes (Lille).
Cijfers van het Franse INAO geven voor 2015 aan dat er in Frankrijk meer dan 28.000 bio-exploitaties waren, goed voor 5,1% van de Franse landbouwgebieden. In de bio-industrie werkten toen al meer dan 42.000 personen (producenten, verwerkers, distributeurs en importeurs), een snelgroeiende markt dus.
Tenslotte nog even terug naar de Franse wijnen. Naast het AOC en AOP label zijn er nog enkele andere labels om onderscheid tussen wijnen te maken. De grootste tegenhanger van de AOC kwaliteitswijnen zijn de VdT wijnen (Vin de Table), de dagelijkse tafelwijn.
In 1954 werd het VDQS label toegevoegd. Dit werd gebruikt om wijnstreken die nog geen AOC label hadden te promoten en uiteindelijk op te waarderen naar een AOC status. In 1976 hadden de Fransen nog niet genoeg labels en kwam er de VdP bij (Vin de Pays). Deze werd uitgereikt aan superieure tafelwijnen. Het laatste label is ondertussen vervangen door het Europese IGP label (Indication Géographique Protégée).
Ziezo, dat weten we nu ook weer.
Nuttige links:
Institut Nationale de l’Origine et de la Qualité
Europese Comissie kwaliteitslabels
Interessant artikel Guy. Het staat me toe mijn mening te veranderen over labels in de energie en milieu-sectoren. Meerdere labels alsook sterkere eisen voor labels moeten kunnen. Ook in energie hebben we connoisseurs nodig en mogen we iets meer vragen van gebruikers.
LikeGeliked door 1 persoon
[…] keuze aan schaaldieren zoals oesters uit Bretagne, Normandië of Utah Beach. Sommigen dragen een Label Rouge. Verder zie ik ondermeer Spaanse mosselen, Bouchot mosselen, verschillende soorten kokkels, […]
LikeLike